in de beginperiode gelabeld als protestzangers”
Ze zal het niet graag horen.. Maar bij het verhaal van 'Miek en Roel' beginnen, wil eigenlijk zeggen: 'bij Roel beginnen'. We verduidelijken.
Amper had de eerste zomer van de jaren '60 zijn opwachting gemaakt, of muzikaal Europa werd geconfronteerd met het gitaargeluid van The Shadows. Dit instrumentaal kwartet uit Groot-Brittanië scoorde in die zomerse dagen een absolute nummer één met het instrumentale 'Apache'. The Shadows leerden in die zestiger jaren dat jongelui met een vrij simpele muzikale techniek (eventueel zelfs zonder notenkennis), met twee elekrische gitaren, een elektrische bas en een drumstel plots als orkest aan de slag konden. Het gevolg in Vlaanderen was fenomenaal en resulteerde in een boost aan 'Shadows-klonen', zoals 'Little Jimmy and the Sharks, 'The Magics', 'The Hollywood Twisters' en 'The Ropes'.
Via die laatste groep stuiten we op Roel Van Bambost. Als zanger debuteerde hij bij het Gentse 'The Ropes', een band die ook nummers van The Shadows in hun repertoire had staan. Bij de live-versie van 'Apache' zong Roel uiteraard niet, maar zorgde met veel overgave voor 'Indiaanse' achtergrondkreten.
"Ik leerde in die jaren Miek (Monique Holvoet) kennen. René Guylline van 'The Ropes' was verantwoordelijk voor onze nogal onverwachte deelname aan 'Ontdek De Ster' van de BRT in 1965. Het was de allereerste podiumervaring van Miek. Met 'Blowing in the wind' van Bob Dylan eindigden we derde. Een jaar later (in maart 1966) werd in Deurne een driedaags folkfestival georganiseerd met o.a. Judy Collins en Julie Felix. Op vrijdag was er een wedstrijd waar we ook aan deelnamen en weer werden we derde. Geleidelijk is de trein dan aan het rollen gegaan", vertelt Roel Van Bambost daar nu over.
Het sociaal engagement van het duo werd nadrukkelijk gedemonstreerd tijdens dat folkfestival. Miel Appelmans - die ze net als hun andere tekstschrijver Miel Swillens hadden leren kennen in het Gents studentenmilieu (Niki Bovendaerde werd hun derde tekstleverancier) - zorgde ervoor dat ze daar op de melodie van Bob Dylans 'North Country Blues', het eigen 'Zwartbergblues' konden zingen.
Roland Van Campenhout (tot dan lid van het folk/skiffel-duo 'Roland & William'), vervoegde het koppel. De platenfirma Vogue wou het trio een Engelstalige lp laten opnemen, maar Miek en Roel (en dus ook Roland) verkozen te wachten tot ze voldoende Nederlandstalig repertoire hadden vergaard. "Ondanks onze eerste Engelstalige uitstappen vonden we dat we in het Nederlands moesten zingen", verduidelijkt Roel.
De eerste lp, 'Je kan nooit weten', werd vrijwel live in de studio opgenomen.
Roel: "De plaat kreeg een onmiskenbaar Angelsaksisch geluid. We werden inderdaad duidelijk beïnvloed door 'Peter, Paul & Mary', ook door Bob Dylan en Tom Paxton. Tot onze verbazing was de lp een schot in de roos. Blijkbaar raakten we de jeugd op een gevoelige snaar door hetgeen we onze toenmalige 'moderne' aanpak van het Nederlandstalige lied mogen noemen".
In die tijd speelden Miek & Roel heel wat gedenkwaardige optredens. Ze traden met veel succes op tijdens Kazuno (de voorloper van het huidige Nekka) en in 1969 stonden ze voor zo'n 15.000 mensen in het Antwerps Sportpaleis als voorprogramma van Donovan, de toen immens populaire Schotse protestzanger. Roel: "Ik herinner me daarvan vooral de afterparty, waar Donovan op mijn gitaar speelde".
Miek en Roel's compagnon de route Roland had in die tijd zijn hart al lang verpand aan de Bluesmuziek en zocht vanaf '68 dan ook andere horizonten op met zijn eigen 'Bluesworkshop'. 'Miek en Roel' werd opnieuw een duo en hun volgende albums werden met z'n twee opgenomen. Het vertrek van Roland bleek echter niet zwaar te wegen op hun populariteit en in 1970 ontvingen Miek en Roel een gouden plaat voor 50.000 verkochte lp's.
Begin jaren '70 haakte ook tekstschrijver Miel Appelmans af na een conflict met de platenfirma en Roel ging aan de slag als filmjournalist bij de BRT. Zo werd de muziekcarrière van Miek en Roel jarenlang op een laag pitje gezet en het zou duren tot 1992 voor aan een nieuwe plaat werd gedacht. Met producer Patrick Riguelle werd 'Cafard' opgenomen, een album waarvoor o.a. Johan Verminnen enkele teksten leverde. De heropleving bleek echter van korte duur en opnieuw volgde een jarenlange radiostilte. We schrijven 2007 wanneer Roel zijn journalistieke carrière voorzichtig begint af te bouwen en de muzikale microbe opnieuw de bovenhand haalt.
Roel: "We werden vooral in de beginperiode gelabeld als protestzangers. We vonden dat niet erg, ook al bevatte ons repertoire wel meer dan loutere contestatie. Hoe dan ook zagen - en zien - we het als onze taak om te ageren tegen sociale wantoestanden. Vandaar dat we op onze jongste cd 'De Titanic achterna' tekeer gaan tegen de opwarming van de aarde, afdankingen in fabrieken en KMO's".
Anno 2009 staan Miek en Roel er weer helemaal. Het duo staat opnieuw met veel plezier en op de planken met een nieuwe begeleidingsgroep, nieuwe nummers én met respect voor hun oudere repertoire. Ook het publiek lijkt enthousiast over de nieuwe nummers, dus aan stoppen wordt nog niet gedacht...
Pol Van Mossevelde
& Muziekcentrum Vlaanderen